Je kan een rechte ingeven door een lineaire vergelijking in x en y in te tikken of via een vectoriële vergelijking. In beide gevallen kan je gebruik maken van eerder gedefinieerde variabelen (getallen, punten, vectoren). De vergelijking moet wel worden voorafgegaan door de naam van de rechte gevolgd door een dubbelpunt.
Cartesische vergelijking | Vectoriële vergelijking | |
rechte r | r : 3x + 4y = 2 | r : X = (-5, 5) + t (4, -3) |
Veronderstel dat k=2 en d=-1, dan kan je een rechte r ook ingeven door de parametervergelijking r : y = k x + d in te tikken.
De twee coördinaatassen kunnen in de vorm van de commando's xAs en yAs in de opdrachten worden verwerkt.
Bijvoorbeeld:
Met het commando Loodlijn[A, xAs] teken je een loodlijn op de x-as door het punt A.